Haal het vel van de chorizo en snijd de chorizo in plakjes. Doe dit samen met zoveel rode wijn in een pannetje zodat ze net onder staan. Doe hier de laurierblaadjes bij en breng aan de kook. Laat ongeveer een uurtje koken.
Verhit de boter in een platte koekenpan. Maak de ui schoon en snijd in ringen. Karamelliseer de uienringen met de suiker in de boter totdat ze lichtbruin zijn. Dit doe je op laag vuur en duurt zeker wel een half uurtje.
Voeg vervolgens de plakjes chorizo toe aan de uien in de pan zodat je deze ook nog even meebakt. Voeg daarbij ook ongeveer een soeplepel van de wijn (waarin je de chorizo hebt gekookt) toe. Probeer daarbij zo weinig mogelijk van het vet mee te scheppen, dat hoogstwaarschijnlijk uit je chorizo is gekomen.
Bak de chorizo aan beide kanten mooi bruin en kook de saus in totdat deze mooi aan de chorizo blijft hangen (ietsjes dikker dus).
Garneer met de verse peterselie en wat zwarte peper.